Horeca helaas belangrijker dan leefbaarheid
Wat de ChristenUnie betreft geeft dit college de horeca teveel ruimte ten koste van de leefbaarheid. Een levendige horeca is goed voor de stad. Maar de bijna ongebreidelde verstoring van de nachtrust is dat niet.
Ten opzichte van referentiejaar 2019 - vanwege corona zijn de jaren 2020-2022 niet representatief - is het aantal klachten over geur en geluid met meer dan 10% gestegen! Het gaat dan om klachten bij de milieudienst DCMR - dus wanneer duidelijk is dat er echt sprake is van overlast. Burgerlid Gerben van Dijk over de bespreking in de commissie: 'De burgemeester was er duidelijk over: de nieuwe horecanota maakt meer activiteiten mogelijk en meer activiteit leidt tot meer overlast. Dus het aantal klachten zal nog verder stijgen'
Wat vinden we nog acceptabel? Zit er een grens aan het aantal klachten of vinden we het prima als dat maar blijft stijgen. Tjalling Vonk vroeg zich tijdens de raadsvergadering af: 'Hoeveel mensen zijn niet al als overlastvluchteling de stad uit gevlucht en worden opgevangen in de regio? Als we steeds dichter op elkaar gaan leven in een levendige stad, zullen we ook een grens moeten trekken om de leefbaarheid te bewaren.'
We hebben daarom een motie ingediend met het verzoek aan het college om een klachtenplafond in te stellen. Wanneer dat overschreden wordt, zijn direct aanvullende maatregelen noodzakelijk om te zorgen dat het aantal klachten verminderd. Op die manier laten we zien dat we de Rotterdammers die met overlast geconfronteerd worden serieus nemen.
Helaas heeft de motie het niet gehaald. De nieuwe horecanota werd met brede steun aangenomen. Alleen de ChristenUnie-fractie stemde tegen, want er was wat ons betreft te weinig oog voor de leefbaarheid van de stad.